Door Kris Custers
Kris Custers is opgeleid als journalist en werkte 7 jaar voor de regionale media. Ondertussen werkt hij ook al 7 jaar voor Stampmedia als redactiebegeleider. Samen met Uit De Marge maakte hij een vorming over complottheorieën en fake news voor jeugdwerkers, sociaal werkers en leerkrachten. Hij geeft een antwoord op welke rol een jeugdwerker kan spelen in de overvloed aan fake news.
Nee, in de zeventiende eeuw werden al pamfletten verspreid om misinformatie te verspreiden. Het voordeel toen was dat het nieuws zich traag verspreidde, bijna letterlijk met paard en kar. Eind twintigste eeuw merkten krantenuitgevers dat ze meer oplages verkochten wanneer ze sensationele, overgedramatiseerde afbeeldingen publiceerden op de voorpagina’s.
Vanaf de laatste eeuwwisseling kwam de digitale communicatie helemaal op gang: de sociale media brengt ons op ieder moment van de dag op de hoogte brengen van wat er in de wereld gebeurt. Die constante stroom van informatie maakt het voor de ontvanger heel moeilijk om alle berichten te kunnen controleren op betrouwbaarheid. En dat gebrek aan controle maakt de weg vrij voor een lepe tegenstander: fake news.
Welke rol heeft een jeugdwerker te spelen in de overvloed aan fake news? Het zal niemand verbazen als ik zeg dat de job van jeugdwerker een uitdagende job is. Hij of zij vormt de schakel tussen jongeren en de alledaagse wereld, ontmoet jongeren in een heel specifieke context die vaak niet de thuis- of schoolomgeving is.
In die unieke setting leren jeugdwerkers jongeren beter kennen en komen ze er vaak achter hoe jonge mensen naar de snel veranderende gemediatiseerde wereld kijken. De voortdurende notificaties, berichten en updates op smartphones zorgen ervoor dat ze door de bomen het bos niet meer zien. En net daar ligt de uitdaging voor de moderne jeugdwerker. Die heeft het potentieel om een moderne boswachter te worden in het bos met bomen van nepnieuws. Hoe kan een jeugdwerker die rol opnemen? Ik zie 5 to do’s:
De wetenschap heeft het over verschillende vaardigheden die nodig zijn om kritisch na te denken: analyseren, evalueren, concluderen, verklaren en zelfreguleren. Dat kan vaag lijken, maar het komt min of meer neer op het volgende. Jeugdwerkers werken vaak met een heel diverse groep jongeren die elk een som van verschillende deelidentiteiten zijn.
Het is essentieel om open te staan voor verschillende invalshoeken en andere denkwijzen, waarbij jeugdwerkers wel mogen uitgaan van hun eigen kaders en ook sceptisch mogen zijn, maar waarbij ze cynisme best achterwege laten. Zo mag een sceptische houding niet doorslaan in een houding waarbij alles gerelativeerd wordt. Ze moeten besluitvaardig zijn, maar dat mag geen koppigheid worden. Jeugdwerkers moeten op zoek durven gaan naar feiten en bewijzen van claims die gemaakt worden, zij het door jongeren, zij het door collega’s.
Hoe moeilijk het onderwerp ook is, het is altijd belangrijk om de dialoog aan te gaan. Het is geen schande om te zeggen “ik weet het niet”. Zeker niet als het om een recent nepnieuwsbericht of een vreemde complottheorie gaat. Maar ook dan kan er nog een dialoog plaatsvinden. Jeugdwerkers kunnen jongeren bevragen over verhalen die ze vertellen, standpunten die ze innemen of situaties waar ze over twijfelen. Een handige methode daarbij is de Socratische methode. Die laat toe te onderzoeken welke diepere, grotere, achterliggende principes er verscholen liggen achter uitspraken of handelingen.
Soms geloven jongeren verhalen omdat het een oplossing biedt voor hun angst, hun woede of hun frustratie. De belangrijkste elementen van een dialoog zijn vertrouwen, wederzijds respect en veiligheid. Een veilige omgeving creëren waarin geen taboes bestaan, is een voorwaarde om een diepgaand gesprek te voeren. Jeugdwerkers moeten duidelijk aangeven wat belangrijk is voor hen, benadrukken dat ze niet wil winnen. Ze willen te weten komen waarom jongeren iets geloven, zeggen, doen, enzovoort en moeten benadrukken dat ze oprecht geïnteresseerd zijn in hun verhaal.
Als jeugdwerker moet je een vertrouwenspersoon proberen te zijn. Er zijn jongeren die hun dromen, angsten, verlangens of onzekerheden zullen delen. Soms zijn die gebaseerd op nepnieuws, zonder dat ze dat zelf weten. Dat is niet erg. Niemand kan expert in alles zijn. Zorg er zeker voor als jeugdwerker dat je gekke verhalen niet weglacht of, erger, dat je met de jongere in kwestie lacht. Dat kan uiteraard een heel negatief effect hebben op de relatie tussen jeugdwerker en jongere.
Met het geloven van fakenewsberichten of complottheorieën gaat vaak veel emotie gepaard. Een jeugdwerker moet dus flexibel zijn als die emoties naar boven komen. Blijf even wat langer hangen om door te praten, verschuif afspraken als dat nodig is. Verwijs eventueel door naar professionele instanties. Voor heel wat jongeren kan de professionele relatie met een jeugdwerker een leegte opvullen.
In een ideale wereld is een jeugdwerker een mediawijs persoon die op de hoogte is van wat er in de politiek speelt, die perfect weer hoe wetenschap werkt en een directe lijn heeft naar alle mogelijke beleidsmakers of maatschappelijk relevante autoriteiten. Maar in de praktijk is dat niet het geval, wat trouwens heel normaal is.
Een jeugdwerker heeft echter best wel notie van wat framing is, hoe media werkt en wie deel uitmaakt van het beleid in de gemeente of stad waar hij of zij actief is. In een wereldwijde pandemie zoekt een jeugdwerker best even op hoe het nu precies zit met die virussen en vaccins. En het is altijd handig om te weten wie de lokale politiecommissaris is.
Wil dat zeggen dat één jeugdwerker al die dingen moet weten? Nee, want een team van jeugdwerkers is in het beste geval even divers als de doelgroep waarmee ze werken. Representatie is ook in het jeugdwerk belangrijk. Dat betekent dat er in het jeugdwerkersteam ook verschillende referentiekaders aanwezig zijn die elkaar op de hoogte houden van wat er in hun eigen wereld leeft. Jongeren informeren en elkaar informeren, dat is goud waard.
Uit De Marge vzw, het steunpunt voor jeugdwerk en jeugdbeleid met kinderen en jongeren in een maatschappelijk kwetsbare situatie omschrijft jeugdwelzijnswerk aan de hand van vier functies: “Naast het (1) organiseren van een groepsgericht vrijetijdsaanbod vervult jeugdwelzijnswerk (2) een welzijnsfunctie: het zoekt mee naar antwoorden op individuele hulpvragen en noodsituaties. (3) Het vervult ook een brugfunctie naar andere levensdomeinen zoals onderwijs, arbeidsmarkt of hulpverlening en (4) een signaalfunctie naar de overheid en in het maatschappelijk debat.”
Vooral punt (2) en (3) zijn belangrijk als het aankomt op omgaan met fake news. Daar kan de authentieke jeugdwerker het verschil maken wanneer hij of zij er in slaagt om een persoonlijke band op te bouwen met de jongeren. Jongeren die interesses delen met de jeugdwerker zullen vaak een andere band hebben dan met jeugdwerkers die heel andere interesses hebben. En dat zorgt voor een andere dialoog, bv. over wat ze horen in de media of in hun omgeving.
Meer tips voor jeugdwerkers in omgaan met media en fake news?