Sinds 2017 kunnen jeugdwerkverenigingen nog maar slechts één keer om de vier jaar een erkenning aanvragen volgens het Vlaams decreet Jeugd- en kinderrechtenbeleid. We leggen je in dit artikel uit hoe deze aanvraag verloopt en linken door naar de juiste formulieren en informatie van het Departement Cultuur, Jeugd en Media.
De vraag of je in aanmerking kan komen voor een Vlaamse erkenning hangt samen met de vraag of je 6 modules kan behalen met het aantal deelnemers en activiteiten die jullie nu al organiseren en of je de nodige spreiding over Vlaanderen behaald. Voor de werksoort landelijk georganiseerde jeugdverenigingen moeten de deelnemers komen uit minstens 4 provincies van het Nederlandse taalgebied of uit 3 provincies van het Nederlandse taalgebied en het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Voor de werksoort verenigingen informatie en participatie en cultuureducatieve verenigingen moeten de deelnemers komen uit minstens 3 provincies van het Nederlandse taalgebied of uit 2 provincies van het Nederlandse taalgebied en het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad.
Kan je deze modules en spreiding niet behalen, dan is het niet zinvol om een aanvraag in te dienen. In dat geval zoek je best middelen via een andere subsidieregeling (bv. het decreet bovenlokaal jeugdwerk of de experimentele projecten) of op een ander niveau (bv. bij je lokale overheid).
De modules verschillen per werksoort. Je kiest de werksoort die het beste bij je huidige werking past: landelijk georganiseerde jeugdverenigingen, verenigingen informatie en participatie of cultuureducatieve verenigingen. Je leest meer over de modules in ons basiswerk jeugdwerk bij erkenning jeugdwerk of in de leidraden zelf die het departement Cultuur, Jeugd en Media hiervoor schreef:
Er zijn ook enkele algemene voorwaarden die je zeker niet mag vergeten zoals bijvoorbeeld een vzw zijn met zetel in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad.
Op dinsdag 7 mei organiseerde het departement een infomoment voor verenigingen die een erkenning willen aanvragen. De presentatie van het infomoment kan je hier raadplegen.
Hieronder vind je een tijdslijn met alle mijlpalen vermeld. Je kan deze ook downloaden als pdf om uit te printen of beter te kunnen inzoomen.
Vergeet niet dat je aanvraagdossier algemene gegevens bevat over je werking, je beleids- en beheersorganen, het financieel beheer en beleid. Maar vooral ook het aantonen van de modules met je gerealiseerde activiteiten voor de periode 1 mei 2019 en 30 april 2020.
Ja, in theorie kan dat eenmaal je een definitieve herkenning hebt. Maar in praktijk wordt dit heel moeilijk omdat de deadline voor het indienen van je beleidsnota samenvalt met de definitieve toewijzing van je herkenning. Je hebt dus 2 keuzes.
Je begint dus nog voor of tijdens je aanvraag met het schrijven van je beleidsnota voor de periode 2022 t.e.m. 2025. Je neemt hier dan het risico dat je erkenning niet zal worden toegekend en je dus toch geen beleidsnota mag indienen. Dat kan verloren moeite zijn, maar misschien ook niet, want ook al krijg je er geen extra middelen ervoor, je beleidsnota legt wel de strategie vast voor jouw vereniging voor de komende jaren. Je kan deze naderhand ook altijd aanpassen op basis van de middelen die je effectief wel of niet ontvangt.
Bekijk het als je eigen businessplan. Het vormgeven van een beleidsnota laat ook veel vrijheid toe en kan dus evenzeer bruikbaar zijn voor je eigen organisatie, ook al zijn er geen structurele middelen aan gekoppeld. Voor 1 november krijg je te horen of je niet-erkend zal worden, meestal wordt dan ook meegedeeld of je wel erkend zal worden al is de definitieve einddatum voor een beslissing van erkenning voor 31 december 2020. Je beleidsnota moet ingediend zijn vóór 1 januari 2021.
Lees in dit artikel meer over hoe de beleidsplanningscyclus verloopt bij reeds erkende Vlaamse jeugdwerkverenigingen.
Je schrijft een beleidsnota voor de periode 2026 t.e.m. 2029 en dient deze in vóór 1 januari 2025. Zolang je jouw modules jaarlijks blijft behalen, blijft ook je erkenning behouden.