Jeugdwerk gaat om vertrouwen opbouwen en relaties ontwikkelen. Daarbij komen jeugdwerkers regelmatig moeilijke situaties tegen of krijgen ze te maken met verschillende en tegengestelde verwachtingen van bijvoorbeeld kinderen en jongeren, ouders, externen, beleidsmakers, enzovoort. Wat kan, mag en moet? Om aan de toenemende druk op deze vertrouwensband tegemoet te komen, klopte het jeugdwerk een akkoord integer en deontologisch handelen af. Dit akkoord bundelt enkele principes zoals het universeel verdrag van de rechten van het kind met het belang van de vertrouwensband en de nood aan een eigen handelingskader of deontologische code voor elke organisatie.
Dit akkoord heeft als doel om met heel het jeugdwerk één gemeenschappelijke begintekst te hebben. Het gaat uit van drie kwaliteitskaders van het jeugdwerk:
Dit akkoord vormt de basis voor drie principes waarop elke organisatie zelf een eigen handelingskader kan uitbouwen. Die drie principes zijn:
Naast het akkoord hebben we ook alvast een handelingskader voorzien, gebaseerd op wat er al voorhanden is in het jeugdwerk en afgestemd met verschillende jeugdwerkorganisaties, zodat je een basis hebt om van te vertrekken bij het uitwerken van je eigen specifieke kader. Dit kader schrijft dus niets voor, maar wil een nuttige illustratie en beginpunt zijn voor je eigen specifieke invulling. Elke organisatie heeft immers een heel eigen identiteit, je handelingskader moet deze ook kunnen weerspiegelen.
Om aan de slag te kunnen als organisatie voor je eigen handelingskader geven we hierbij graag de nodige ondersteuning mee. De komende maanden stellen we een kennisdossier op en voorzien we ondersteuning. We leggen hierbij ook steeds de link met wat er al allemaal gebeurt in het jeugdwerk vandaag zoals de uitwerking van integriteitsbeleid.