Sinds 1 januari 2025 is een wijziging in de wetgeving omtrent aansprakelijkheid van kracht. Deze wijziging heeft invloed op de aansprakelijkheid van hulppersonen, dit zijn medewerkers, vrijwilligers en leden van de raad van bestuur van je organisatie. De hervorming schaft de quasi-immuniteit van deze hulppersonen af, wat betekent dat ze direct aansprakelijk kunnen worden gesteld voor schade. Gelukkig kan je heel wat stappen ondernemen om je hulppersonen te beschermen.
De wijziging heeft bovendien andere gevolgen voor vrijwilligers dan voor leden van de raad van bestuur of medewerkers. Hieronder leggen we uit wat er precies verandert, wat dit voor jeugdwerkers betekent en welke mogelijkheden organisaties hebben om zich te beschermen.
De nieuwe wetgeving schaft de quasi-immuniteit van hulppersonen af. Voorheen konden hulppersonen zoals bestuurders, medewerkers en vrijwilligers niet rechtstreeks aansprakelijk worden gesteld door derden voor fouten die zij maakten tijdens de uitvoering van hun taken. Vanaf 1 januari 2025 verandert dit en kunnen zij wel aansprakelijk worden gesteld. Dit betekent dat een benadeelde partij voortaan niet alleen de organisatie zelf, maar ook de individuele hulppersoon in kwestie kan aanspreken voor schade.
Maar geen zorgen het gevaar voor vrijwilligers en andere hulppersonen lijkt groter dan dat het effectief wordt ingeschat. Zo is het voor derden enerzijds nadelig om een individu buitencontractueel aansprakelijk te stellen, organisaties zijn namelijk algemeen genomen sterker verzekerd. Daarnaast is er ook andere wetgeving van kracht die directe aansprakelijkheid belemmert.
Het risico op persoonlijke aansprakelijkheid lijkt toe te nemen, wat kan leiden tot financiële en juridische problemen. Het is daarom belangrijk dat jeugdwerkers en organisaties zich goed voorbereiden en maatregelen nemen om deze risico's te beperken.
Al is het belangrijk het hoofd koel te houden, vrijwilligers zijn nog steeds via het vrijwilligersdecreet afgeschermd en medewerkers zijn dan weer beschermd door de arbeidswetgeving. Toch blijft het interessant om bijkomende stappen te nemen als organisatie.
Om de hulppersonen van je organisatie bijkomend te beschermen tegen de verhoogde aansprakelijkheid, kunnen organisaties verschillende stappen ondernemen. Dit proces zou moeten leiden tot correcte bescherming van de hulppersonen met het behoud van de contractuele aansprakelijkheid van de organisatie zelf.
De stappen zijn verschillend voor vrijwilligers, medewerkers en leden van de raad van bestuur. We lijsten ze hieronder voor je op.
Vrijwilligers vallen onder de vrijwilligerswetgeving en zijn daardoor al vrijgesteld van buitencontractuele aansprakelijkheid. Eén van de zaken die iedere VZW wel in orde moet hebben, is de verplichte 'Burgerlijke Aansprakelijkheidsverzekering'. Deze verzekering dekt schade die vrijwilligers veroorzaken aan derden tijdens hun werkzaamheden.
Bijkomend, kan je als organisatie een clausule laten opnemen in je contracten die buitencontractuele aansprakelijkheid van vrijwilligers uitsluit. Zo zorg je ervoor dat de aansprakelijkheid op jouw als organisatie terecht komt en niet op de individuele vrijwilligers. Zo een clausule kan je ofwel in ieder contract dat je afsluit met derden opnemen of je voegt de clausule toe in je algemene voorwaarden waarnaar je sowieso verwijst in al je contracten.
Opgelet, hierboven staat het belang van clausules tussen de organisatie en derden beschreven. Vergeet geen clausules toe te voegen in de contracten die je als organisatie afsluit met je hulppersonen.
Voor medewerkers zijn er geen bijkomende stappen nodig. Zij vallen onder de arbeidswetgeving en zijn daarmee vrijgesteld van buitencontractuele aansprakelijkheid.
Momenteel zijn de leden van het bestuur op nog geen enkele manier vrijgesteld van de nieuwe buiten contractuele aansprakelijkheid. Zij lopen meer risico dan andere hulppersonen. Ondanks dat de kans klein wordt geacht dat derden zich tot de leden van de raad van bestuur zouden richten, is het verstandig om ook een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering te overwegen.
Deze verzekering beschermt bestuurders tegen persoonlijke aansprakelijkheid voor fouten die zij maken in hun bestuurlijke rol.
Opgelet: voor zware inbreuken en misdrijven kan iemand altijd direct aansprakelijk gesteld worden ongeacht de context of contracten. Denk hierbij aan slagen of verwondingen, aantasting van de integriteit etc.
Voor vragen en verdere informatie kan je contact opnemen met Wouter via wouter@ambrassade.be.