Leni Bekaert, masterstudente in de Agogische Wetenschappen, deed via de Wetenschapswinkel in opdracht van De Ambrassade onderzoek naar de informatienoden van jonge nieuwkomers. Ze interviewde 19 nieuwkomers tussen twaalf en achttien in de diepte. 10 dingen om te onthouden.
Jonge nieuwkomers hebben verschillende informatienoden als nieuwkomer én als jongere. De noden veranderen ook doorheen de tijd. Wanneer ze net aankomen in België, stellen ze zich vooral vragen over asielprocedures of de Belgische cultuur. Later komen daar vragen over leren, vrije tijd, administratie of zelfzorg bij.
Hoewel er heel wat informatie voor jonge nieuwkomers te vinden is, is die niet altijd afgestemd op hun specifieke noden. Hoe we die informatie dan het best tot bij hen krijgen? Door aandacht te hebben voor de begrijpbaarheid en informatie te verspreiden via hun voornaamste informatiebronnen: hun leerkrachten.
De jongeren zijn het erover eens: de taal leren is essentieel om informatie te begrijpen, vrienden te maken, te studeren en te werken. Toch zorgt het vaak voor onzekerheid. Graag leren ze dan ook waar en hoe ze zo snel mogelijk Nederlands én Frans kunnen leren, aangezien dat hun kansen op de arbeidsmarkt verhoogt.
Ook al zijn ze bang om uitgelachen geworden, bijvoorbeeld omdat ze de taal nog niet helemaal meester zijn, toch gaan jonge nieuwkomers actief en zelfstandig op zoek naar informatie. Dat doen ze door dingen op te zoeken, hard te studeren of mensen uit hun omgeving rechtstreeks aan te spreken. Dat daarvoor best wat lef nodig is, konden verschillende jongeren beamen.
Heel wat jonge nieuwkomers komen eerst in de OKAN, de onthaalklassen voor anderstalige nieuwkomers, terecht. Daar gaat contacten leggen vlotter dan in het reguliere onderwijs. Logisch, aangezien ze daar terechtkomen in klassen met jongeren die elkaar meestal al langer kennen en zo hun eigen groepjes hebben gevormd. Daarom is er nood aan tips om vlot kennis te maken met anderen.
Hoewel ook familie, vrienden, professionals, vrijwilligers of voogden jonge nieuwkomers kunnen bijstaan, wenden de meeste jongeren zich met vragen tot hun leerkrachten. Die fungeren niet alleen als vertrouwenspersoon, maar ook als allround informatiebron met een grote kennis over uiteenlopende onderwerpen. Vooral voor administratieve zaken vertrouwen jonge nieuwkomers om mensen met ervaring.
Vertaalsites worden ingezet voor begrip en communicatie. Vaak zetten ze die zelfstandig in, maar soms moeten ze beroep doen op een persoonlijke informatiebron. Immers niet alle websites zijn altijd even duidelijk voor hen. Alledaagse opzoekingen doen ze online, maar ook Google Maps behoort tot de favoriete websites van jonge nieuwkomers. Zo kunnen ze uitstapjes plannen en nieuwe plaatsen leren kennen, maar ook de verkeers- en vervoersregels leren om zo boetes te vermijden.
En niet alleen om te chatten of filmpjes te kijken op YouTube. Sociale media zijn een toegankelijke tool om contact te houden met familie en vrienden in hun land van herkomst. Ten slotte gebruiken jonge nieuwkomers sociale media ook als informatiebron. Zo volgen ze de actualiteit in binnen- en buitenland.
Dat er verenigingen bestaan zoals sportclubs of jeugdbewegingen, dat weten jonge nieuwkomers meestal wel. Maar wat die precies inhouden of waar ze die kunnen vinden, blijft vaak nog een vraagteken. Anderen gaan dan weer werken om wat routine in hun dag te krijgen, mensen te leren kennen, Nederlands te leren en/of geld te verdienen. Maar dat roept dan weer vragen over goede studentjobs op.
Jonge nieuwkomers zijn erg nieuwsgierig naar de Belgische cultuur, en ervaren het als positief en noodzakelijk om die te leren kennen. Alles wat zichtbaar is in het straatbeeld hebben ze snel onder de knie, maar de Belgische visie op thema’s als homoseksualiteit of respect voor ouderen blijkt niet altijd even evident. Zeker niet wanneer het contrast met hun eigen cultuur aanzienlijk is.