Kinderen hebben al meer dan 25 jaar hun eigen rechten. Beleidsmakers uit 193 landen hebben besloten kinderen extra bescherming te geven door het VN-Kinderrechtenverdrag (1989) te bekrachtigen. Er is geen ander mensenrechtenverdrag waar zoveel landen lid van zijn. In het VN-kinderrechtenverdrag zijn politieke, burgerlijke, economische, culturele en sociale rechten opgenomen. Een verschil met andere mensenrechtenverdragen is dat er participatierechten in zijn opgenomen, waarmee het belang van de meningen van kinderen aangegeven wordt. In België trad het VN-Kinderrechtenverdrag in 1992 in werking.
Het VN-Kinderrechtencomité in Genève ziet toe op de naleving door landen van hun kinderrechtenverplichtingen. De landen die lid zijn van het verdrag moeten elke vijf jaar aan het VN-Kinderrechtencomité rapporteren over de kinderrechtensituatie in hun land en de vooruitgang die geboekt is door toedoen van hun beleid. NGO’s maken parallel een alternatieve rapportage met hun bevindingen. Het VN-Kinderrechtencomité houdt vervolgens een bijeenkomst met alle partijen waarna ze een aantal aanbevelingen doet aan de regering.
2018 is het jaar waarin België nog eens aan de beurt is om verantwoording af te leggen aan het VN-Kinderrechtencomité. De Kinderrechtencoalitie, het netwerk van NGO’s in Vlaanderen dat toeziet op de naleving van het Verdrag, coördineerde de alternatieve rapportage van het schaduwrapport.