Ein-de-lijk. Het langverwachte nieuws: het KSA-kamp mag doorgaan. Ik ben zo opgelucht dat we na dit coronajaar nog eens al onze zorgen kunnen opzijzetten op kamp. Jammer genoeg moeten we nog wel rekening houden met de coronaregels. Onze KSA is vrij groot, daarom moeten we in 2 bubbels splitsen. Dit zal ons echter niet tegenhouden om er onvergetelijk kamp van te maken. Natuurlijk is het wel jammer dat we niet allemaal samen op het einde van de dag iets kunnen drinken. We zullen elkaar vanop afstand wel kunnen zien, maar dat is niet hetzelfde als andere jaren. Gelukkig zijn we al volop bezig met de voorbereiding. Nu kunnen we er dus echt aan beginnen. Ik kijk al uit naar de lange dagen in het lokaal om activiteiten te maken en te knutselen. De leden zijn ook blij dat ze mee op kamp kunnen. Iedereen heeft er dus ongelooflijk veel zin in. Het wordt een zalige zomer!
Vandaag mochten we eindelijk terug in grotere bubbels spelen, van 25 personen. Gelukkig, want het indelen in groepen was supervervelend. Met 10 leden een fatsoenlijk spel spelen is heel erg moeilijk. En kindjes van dezelfde scholen moesten samen, maar dan konden ze soms niet bij hun andere vriendjes in de groep zitten. We moesten ook namen per bubbel noteren. Dat was toch een heel werkje, vroeger konden we direct beginnen met de activiteit. Nu kunnen we dus eindelijk weer spelen in één grote bubbel. Ja, de namen in een documentje zetten moet nog altijd. Maar we kunnen nu met de hele takploeg terug met alle kinderen tegelijk spelen, toch al een stuk makkelijker. Ook voor onze leden is dit veel leuker: we kunnen een groter spel spelen, en ze zien andere vriendjes terug. Het werkjaar is wel bijna voorbij, maar dit is toch een hele stap vooruit.
Op de jaarlijkse kampdag komen de kinderen een hele dag. De jongsten zien hoe het kamp er ongeveer zal uitzien. Voor de oudsten is dit meer een afsluiter van het werkjaar. ’s Avonds krijgen de ouders dan uitleg over het kamp. Vroeger speelden we op deze dag met z’n allen op ons eigen veld en aten we samen onder de shelters. Dit jaar moest dit anders: elke groep naar zijn eigen veld. En daar had de leiding dan een kleinschalige kampplaats opgezet. De keuken moest dit jaar op verschillende plekken het eten verdelen. En de uitleg over het kamp voor de ouders was nu een filmpje. Het was toch een leuke en geslaagde kampdag, maar we hadden er wel veel meer werk aan. Hopelijk kunnen we volgend jaar terug een normale kampdag doen ...
De examens zijn eindelijk bijna gedaan. Zonder KSA in het weekend en met examens is het sociaal contact toch vrij laag. De uitlaatklep die KSA in het weekend is, wordt toch gemist in zo een stressvolle periode. Ik hoop dat het snel gedaan is, zodat we kunnen beginnen aan de kampvoorbereidingen.
De voorbereidingen zijn in volle gang. Sinds gisteren moeten we rekening houden met de kampbubbels. Het kampprogramma maken en knutselen gebeuren nu dus binnen onze leidingbubbels, met mondmasker. En we mogen de andere leiding ook niet zien buiten die uren of de lokalen. Wat best wel vervelend is. Maar ik voelde toch al het kampgevoel. Het is super om hier samen te knutselen, zelfs de stress is leuk. Vorige jaren lukte het ook om alles af te krijgen, dus nu ook. We zijn wel moe. ’s Morgens vroeg beginnen en doorwerken tot in de late uurtjes, en de volgende dag opnieuw. Er blijven ook altijd mensen slapen op het terrein, zodat niemand iets kan stelen. Overmorgen beginnen we met de twee camions in te laden, met alle materiaal, bagage én de nieuwe sjorbalken.
Het kamp zit er op. Ik heb me superhard geamuseerd. Door corona moesten we dit jaar op kamp in drie bubbels: de jongste groepen, de oudere groepen en de koks en animatie. Dat zou een hele uitdaging worden, dat wist ik op voorhand. En het bleek nog moeilijker dan ik eerst gedacht had. ’s Avonds vergaderen op afstand, de andere groepen niet knuffelen, of nog maar aanraken, dat was echt vervelend. Gelukkig hebben we ook superleuke dingen gedaan en hebben de kinderen niet veel last gehad van dit hele bubbelgedoe. De animatieploeg had een megacoole babbelbox ontworpen waarin broers en zussen van jongeren en oudere groepen met elkaar konden praten op een veilige afstand. Het was een heel leuk kamp, maar toch hoop ik dat we volgend jaar terug op een ‘normaal’ KSA-kamp kunnen gaan.
Twee weken voor de start van de paasvakantie opeens een donderslag bij heldere hemel. Kinderen mogen nog maar in groepen van 10 spelen, overnachtingen mogen niet meer. De pauzeknop wordt ingedrukt, net nu de meeste speelpleinwerkingen voorbereid waren op paasweken met meer tieners in een bubbel en overnachtingen mits testing. Die beslissing had ook impact op onze cursussen. Onze mailbox is ontploft, de telefoon stond vandaag roodgloeiend. Speelpleinverantwoordelijken, animatoren en instructoren zijn boos, teneergeslagen. De fut is op, de rek is eruit. “Maar waarom mogen scholen en bedrijven wel openblijven, en het jeugdwerk niet?”, dat klinkt zo vaak. Er is wel begrip, want de cijfers zijn slecht. En ook veel bezorgdheid voor gezinnen en kinderen, want dit heeft ook zoveel effect op hen.
Ik heb vrijdagnacht een standpunt vanuit VDS geschreven en de wereld in gestuurd. Want speelpleinen in Vlaanderen en Brussel zullen 35.000 kinderen moeten weigeren. Speelpleinverantwoordelijken zitten met hun handen in het haar. Organisatoren en ouders hebben nog 10 werkdagen om alles geregeld te krijgen, zonder heldere regels over wat kan en moet. We proberen vooruit te geraken met de vierkante wielen die de ministers het jeugdwerk geven. De Standaard maakt er morgen een artikel mee.
De paasvakantie start. Een vierde van de speelpleinwerkingen sluit, de helft schakelt over op een systeem van noodopvang. Het is dat enorme verantwoordelijkheidsgevoel en idealisme bij verantwoordelijken, jongeren en vrijwilligers dat dit mogelijk maakt. Jeugdwerk ten voeten uit!
We hebben erop gewacht met ingehouden adem, maar het overlegcomité van de overheid bracht geweldig nieuws: het zomeraanbod van het jeugdwerk kan doorgaan in bubbels van 50, exclusief begeleiding. In het persbericht van minister Dalle staat zelfs: “Mocht blijken dat de cijfers het toelaten om met grotere groepen te werken dan kunnen de regels nog altijd worden aangepast.” In Whatsapp- en Facebookgroepen voelde ik de opluchting, maar ook nuchterheid. “We zullen wel zien wat het wordt”. Er waren al veel beloftes gebroken, de uitwerking van details liet al vaak op zich wachten. In ieder geval mogen de speelpleinverantwoordelijken de voorbereidingen van vorig jaar terug bovenhalen. Onze eigen VDS-vrijwilligers wilden liefst vandaag al weten of ze weer trefmomenten en cursussen mochten organiseren, in het echt. De honger is zo groot.
De cijfers blijven de goede richting uitgaan, ik check ze dagelijks. Zeker de besmettingen op school en de gemeenten die rood kleuren, want die hebben een impact op lokale speelpleinwerkingen. Elke dag zoveel telefoons met speelpleinverantwoordelijken om specifieke situaties af te toetsen aan de maatregelen. Vandaag ook eens een zelftest gekocht en zo’n stokje in mijn neus gestoken. Ik wil weten wat we daarmee kunnen, binnen speelpleinwerk. Alleen zo kan ik meepraten met kabinetten en virologen, en de belangen van kinderen en jongeren verdedigen.
Vandaag kregen we te horen dat jeugdwerk deze zomer kan doorgaan in bubbels van 100! En als het aantal vaccinaties stijgt en er minder dan 500 bedden op intensieve zorgen bezet zijn, dan kunnen de bubbels stijgen naar 200 vanaf augustus. Ik ben blij, maar ook bezorgd, samen met mijn collega’s. De noodprocedure schrijft voor dat als deze zomer één kind of JEUGDWERK & CORONA animator besmet geraakt, de hele bubbel getest moet worden en thuis in quarantaine moest. Hoe groter de bubbels, hoe meer kans dat dat eens zou gebeuren. De impact op kinderen, ouders, vrijwilligers zou immens zijn. Ik wil mee onderhandelen voor een versoepelde noodprocedure, ook voor de specifieke situaties binnen het speelpleinwerk. Die vrijwilligers van -18, zoals er op speelpleinen duizenden rondlopen, zullen nog niet gevaccineerd zijn voor de zomer. En er zijn onheilspellende berichten over die meer besmettelijke varianten. Bovendien komt in dezelfde beslissing van het overlegcomité het nieuws dat grote festivals vanaf de tweede helft van de zomer kunnen doorgaan. Dat blijkt veel speelpleinverantwoordelijken, jongeren en vrijwilligers vertrouwen te geven: “Waarom schrik hebben van een speelpleindag met 100 kinderen, als duizenden mensen zullen samentroepen op Pukkelpop of Tomorrowland? We zijn er bijna!”. Ik ga dat enthousiasme en die goesting niet verpesten, maar we moeten wel tijdens de komende webinars rond de jeugdwerkregels onze bezorgdheden delen met speelpleinverantwoordelijken.
De nieuwe noodprocedure ligt er: niet iedereen meteen naar huis, maar op basis van een lijst hoogrisico-contacten op basis van waar kinderen en leiding eten en slapen. Dat resultaat kwam er niet zonder slag of stoot. Tussen het andere werk door, wrikten en wrongen we aan de noodprocedure samen met kabinetten, virologen en instanties. Vandaag zou ik ook helpen bij de verdeling van besteld materiaal voor de speelpleinwerkingen, maar ik sta meer met mijn telefoon in de hand dan met dozen.
185.000 kinderen en 23.000 animatoren gaan hun speelpleinzomer in. 40% van de 563 speelpleinen kiest voor groepen van 50 kinderen. Ongeveer evenveel gaan voor bubbels van 100. Een klein deel plant op te schalen in augustus. Benieuwd hoe dit gaat lopen. Er zullen besmettingen op speelpleinen voorkomen. De horeca is weer open, kinderen en jongeren hoeven niet langer te kiezen voor één activiteit per week, min-18-jarigen zijn amper gevaccineerd … Ik kreeg vandaag al het bericht dat drie speelpleinen geïmpacteerd zijn. Koekenbak.
Het jeugdwerk zit vandaag met de minister samen. We maken de balans op van de eerste 14 vakantiedagen: 2% besmettingen op alle activiteiten. Concreet zijn er tot nu toe acht speelpleinwerkingen met een besmetting. De frustraties over contacttracing sijpelen ook binnen. En over de vraag naar pretesting, vanuit het kabinet Vandenbroucke. Want dat willen we niet, vinden we zelfs absurd voor dagactiviteiten. Die contacttracing moet gewoon beter. Diezelfde avond mag ik zelf ondervinden hoe stroef het loopt met die tracing. Want we hebben het vlaggen. Op een van onze animatorcursussen is een vrijwilliger mee die een hoogrisicocontact blijkt te zijn, en positief test. Samen met het cursusteam wordt besloten om de cursus te beëindigen. De communicatie vanuit contacttracing laat lang op zich wachten en is verwarrend. Ik begrijp de frustratie van de lokale speelpleinwerkingen.
We zijn halfweg. We hebben een geslaagde Dag van de Animator achter de rug. Plezant om jeugdwerk positief in beeld te brengen. Ondertussen staat de teller op 40 speelpleinwerkingen die sinds de start van de zomervakantie een of meerdere besmettingen hadden. De noodprocedure voor het jeugdwerk werkt. Kinderen en animatoren die weinig risico liepen, spelen gewoon door zonder nieuwe besmettingen. En we kunnen onze kleine tegenvallers relativeren: gezinnen en jeugdwerk in Wallonië hebben tijdens en na de overstromingen van juli veel meer miserie beleefd.
Ik ben dan al meer dan zes jaar vrijwilliger, zelfs hoofdanimator en instructeur bij JES, maar toch is het weer een nieuwe uitdaging om onze kinderwerking draaiende te houden. Mogen we alleen buiten spelen, mag het ook binnen? Kleine bubbels, grote bubbels, weer kleine bubbels. De regels veranderen precies elke week. Kinderen geraken hiervan ook in de war, merk ik.
Ik zat vandaag samen met mijn jeugdwerkster en enkele vrijwilligers voor een paasvakantieplanning. Supermoeilijk om nu nog leuke activiteiten te vinden, die binnen de regels passen. Vroeger planden we tijdens de vakanties leuke uitstappen, maar alles is gesloten nu. Ook de kinderen vragen naar iets anders, zoals cinema, bowlen, een pretpark, zwemmen. We voelen geen motivatie, we vallen weeral terug op dezelfde ideeën.
Ik ben wel blij dat ik volgehouden heb als vrijwilliger. Ondertussen ben ik een bekend gezicht in de buurt: vandaag vroegen kinderen op straat me weer of ze kunnen komen spelen bij ons. En ik ben blij dat ik hun vragen kan beantwoorden, of ik probeer dat toch zo goed mogelijk. Al zijn er geen activiteiten, ik voel me nog wel verantwoordelijk. Ook ouders appreciëren dat. Dat geeft voldoening, en die doet deugd.
Eindelijk een vergadering met de vaste vrijwilligers om de dagelijkse werking en de activiteiten voor de komende maand te bespreken. Door corona konden we niet eerder samen komen. Wat leuk om iedereen nog eens terug zien!
We moeten beginnen nadenken over de zomer. Maar ik weet nu al dat het moeilijk zal zijn om de zomerplanning te maken. Er is veel onzekerheid. Zullen de regels opnieuw veranderen? Het zou me niet verbazen. Ook op dit moment is nog niet alles open, zal dat over twee maanden wel zo zijn?
De maand ramadan staat in het teken van solidariteit, en dat tonen we: veel jonge vrijwilligers engageren zich voor de voedselbedeling van Al Ikram. Heel veilig en gestroomlijnd georganiseerd allemaal. We helpen met groenten snijden, warme maaltijden verpakken, aanvullende pakketjes maken van dadels, eieren, kaas, snackjes en andere donaties. Iedereen voelt dat dit goed doet: we mogen nog eens samenkomen, én we doen iets zinvols. We deden eergisteren ook een iftar met acht meisjes. Een kleine activiteit maar we hebben er zo van genoten.
Vandaag was mijn eerste uitstap mét de kinderen, na lange tijd. We zijn samen naar de zoo geweest. Dat was zo leuk. We moesten vooraf wel sommige kinderen en ouders teleurstellen, omdat de activiteit volzet was. Dat was moeilijk. Zoveel kinderen wilden mee, natuurlijk, ze hebben er zo lang op moeten wachten.
Ik heb met Sarah van JES een gesprek gehad over ‘stedelijk leiderschap’. Een groot woord, maar het gaat over jongeren met leiderschapstalent. Met de kracht om zelf initiatieven op te zetten in een buurt of woordvoerder te zijn, en zo positieve verandering te brengen. En zij ziet dat in mij, wat een eer. Omdat ik ondertussen een voorbeeldfiguur ben geworden in de wijk. Omdat mensen me aanspreken, ook over andere dingen dan onze activiteiten, zoals de coronaregels. En Sarah weet natuurlijk ook dat ik vrijwilliger ben bij de J100, waarin we met verschillende jeugdorganisaties en jongeren aan beleidsmakers laten horen wat we vinden en bedenken, voor een aangename stad en samenleving. En dat alles, al die inzet, dat hebben mensen gehoord en gezien, dat geeft me een goed gevoel. Ik ga nu ook jongeren uit andere steden ontmoeten, jonge mensen vol stedelijk leiderschap. Pas in oktober, dan is er elke woensdag een samenkomst, vertelde Sarah me. Maar ik heb er al zoveel zin in.
We starten de zomer met een uitstap naar Bellewaerde, met een grote groep: we zijn met 30. Zo fijn dat dat weer kan.
Het jaarlijkse buurtfeest moest zeker doorgaan en dat is ons gelukt. De buurt had dit nodig, de vrijwilligers ook: ze kijken er elk jaar zo naar uit. Van onze ‘Urban Luchtbar’ maakten we een ‘Urban Lite’: iets kleinschaliger, maar zo kon dit feest tenminste doorgaan. We maakten niet veel reclame, we mochten immers maar 100 mensen tegelijk ontvangen. Heel vroeg vanochtend zijn we met de opbouw gestart, en vanaf 16u zijn veel jongeren en kinderen van de buurt langsgekomen. Een goede sfeer, wat had iedereen dit gemist. Het was lang geleden dat ik nog eens zo’n lange dag heb gewerkt. Ik ben doodop, maar dit deed opnieuw zoveel deugd.
Dit artikel verscheen in de 6e editie van het Ambras magazine. Foto's door Sien Verstraeten.