Iedere deelnemer krijgt de opdracht om, individueel of in kleine groepjes, één element van het gekozen thema in de kijker te plaatsen. Ze kunnen dit doen door een affiche te maken met een tekening, tekst of foto (als aanbeveling, stelling, waarschuwing, protestuiting, vraag, … van het thema). De affiches worden opgehangen, waarna het gesprek kan beginnen.
Na een eerste gespreksfase kan je nog een betoging en tegenbetoging opzetten: de groep wordt dan in twee kleinere groepjes verdeeld die vanuit een bepaalde stelling argumenten pro en contra in de affiches verwerken. De optocht kan dan beginnen. Op het moment dat de twee elkaar ontmoeten, kan zich een gesprek ontwikkelen.
Materiaal
Tijdschriften, flappen, stiften, pritt, scharen, plakband.