[anysurfer.logo]
You are previewing the website. You can switch to the regular view.

Hoe word je een jeugdwerker? 6 geleerde lessen uit het forum in Tallinn

Hoe word je een jeugdwerker? 6 geleerde lessen uit het forum in Tallinn

Internationaal Jeugdbeleid - Kadervorming
 ‘These kind of events create time to do the thinking about the doing and the being’
HILARY TIERNEY

Samen met Magaly van Formaat nam collega Jasmien in oktober 2022 deel aan het forum ‘Becoming a Youthworker’ in Tallinn (Estland). Er waren deelnemers uit Tsjechië, Griekenland, Hongarije, Italië, Letland, Turkije, Denemarken, Egypte, Georgië, Azerbeidzjaan, Finland en Estland. Er waren docenten en onderzoekers, trainers van jeugdwerkers en jeugdwerkers aanwezig. Samen onderzochten ze de verschillende paden die je kan lopen om jeugdwerker te worden.

Jasmien leerde veel bij want zoals Hilary Tierney, één van de sprekers op het forum, zei: ‘These kind of events create time to do the thinking about the doing and the being’.

In dit artikel koppelt Jasmien graag terug over enkele inzichten die ze opdeed.  

We moeten nog meer combinaties opzoeken tussen formeel, informeel en non-formeel leren

Op het Europese niveau wordt er vaak gegoogeld met de termen formal, informal en non-formal learning. Maar wat bedoelen ze daar nu juist mee? 

  • Het formele leren is leren dat plaatsvindt in een georganiseerde en gestructureerde omgeving. Tijd en middelen worden bewust ingezet vanuit de doelstelling om gericht iets bij te leren. Binnen het jeugdwerk gaat het hier bijvoorbeeld over de opleiding sociaal-cultureel werk die je aan verschillende hogescholen kan volgen. 
  • Non-formeel leren vindt plaats buiten de reguliere opleidingssystemen en leidt niet per se tot het behalen van een diploma of certificaat. (maar het kan wel zoals bijvoorbeeld de trajecten animator, hoofdanimator of instructeur) Leren is hier nog steeds de bedoeling, maar de activiteiten beperken zich niet alleen tot leren. Ik denk bijvoorbeeld aan de trajecten om reisbegeleider te worden bij Kriskras of Joker, of de vormingen van Tumult en Pimento rond pesten, de opleiding die Awel geeft aan hun beantwoorders, de vorming die de freelance-kunstenaars van das Kunst krijgen voor ze starten met het geven van workshops enzovoort. Heel wat van de vormingen en opleidingen binnen het jeugdwerk zitten hier onder. 
  • Informeel leren is niet georganiseerd of gestructureerd, heeft geen specifieke doelstellingen of geplande methodes. Informeel leren gebeurt spontaan in het dagelijkse leven, dat hoeft zelfs niet noodzakelijk bewust te gebeuren. Hier geldt als basisprincipe: ‘Everyday is a learning day!’ Ik hoor vaak de uitspraak dat je in het jeugdwerk heel wat andere dingen leert dan op school, zoals: je leert opkomen voor je mening, elkaars verschillen respecteren, een evenement stapsgewijs op poten zetten, activiteiten inkleden... Het lijstje van dingen die je op een informele manier leert in het jeugdwerk, is oneindig en uiteraard voor iedereen anders.  

Elke vorm van leren heeft zijn eigen sterktes en tekortkomingen. 

  • Zo duurt informeel leren erg lang en kunnen mensen het geleerde niet altijd vertalen naar andere latere situaties. 
  • Het non-formele zou dan weer sterk focussen op een actieve manier van leren waardoor er weinig ruimte is om echt pure kennis op te bouwen, terwijl je die wel nodig hebt als jeugdwerker. 
  • Het formele leren loopt op zijn beurt het gevaar om te ver van de praktijk te staan. 

Ons doel moet zijn om de limieten van iedere vorm van leren te overkomen. Onderzoekster Trudy Cooper schuift daarom een holistische aanpak naar voren waarbij de drie vormen van leren sterk samenwerken en elkaars tekortkomingen aanvullen.  

Foto: Animatorcursus Jonge Helden

Iedereen wordt professionele jeugdwerker op een andere manier en dat maakt onze sector uniek

Als je apotheker wilt worden, volg je de opleiding Farmaceutische wetenschappen, als je kleuterleider wilt worden, studeer je voor kleuterleider. Maar om professionele jeugdwerker te worden, heb je in Vlaanderen geen specifiek diploma nodig. 

We zien een heel diverse groep geëngageerde mensen, waaronder trouwens kleuterleiders en apothekers, in het jeugdwerk stappen als professional. Hun achtergronden en motivaties zijn erg verschillend. 

Zo bevraagden we onze deelnemers van de Basisvorming Startende Jeugdwerkers. Van de 25 deelnemers was slechts 12 procent afgestudeerd als sociaal-cultureel werker. De overige 88 procent behaalde andere of geen diploma(s). Maar we stelden hen ook de vraag of ze deelnamen aan een geattesteerd kadervormingstraject. Hier lagen de percentages veel hoger: Animator: 60%, Hoofdanimator: 32%, Instructeur 20%. Voor deze kleine steekproef kunnen we dus stellen dat er een grote instroom is van professionals in het jeugdwerk via vrijwillige engagementen en non-formele leertrajecten

Hierin verschillen we van sommige andere Europese landen. In sommige landen (vb. Finland en Estland) heb je een specifiek diploma nodig vooraleer je de job van jeugdwerk mag uitoefenen. Je volgt dan een specifieke opleiding tot jeugdwerker aan de hogeschool of universiteit of je kan jouw ervaring laten waarderen door een portfolio in te dienen en examens mee te doen. 

Het lijkt me interessant om de achtergronden van de professionele jeugdwerkers sterker in kaart te brengen zodat we hun voorkennis beter kunnen inschatten en het ondersteuningsaanbod hierop kunnen afstemmen.  

We moeten het jeugdwerk aantrekkelijk maken voor pelgrims, toeristen en zwervers

De Finse onderzoeker Tomi Killakoski verdeelde alle origins stories (verhalen van jeugdwerkers over hoe ze bij hun job terecht kwamen) uit zijn onderzoek op in drie profielen: de pelgrims, toeristen en zwervers. Heel benieuwd wie jij bent! 

  • Pelgrim: je ziet leren als een lineair proces dat je ‘thuis’ brengt. Bijvoorbeeld: je bent altijd lid geweest van JNM, op je 17de ben je leiding geworden, op je 18e ben je gestart met de opleiding sociaal-cultureel werk en nu werk je zelf als jeugdwerker bij Kazou. Alle paden hebben geleid tot jouw jeugdwerkjob. 
  • Toerist: Toeristen willen nieuwe ervaringen opdoen zonder in te veel gevaarlijke situaties te belanden. Alle nieuwe ervaringen die je opdoet, vormen je identiteit. Er is geen eindpunt want je zal steeds op zoek blijven gaan naar nieuwe ervaringen binnen of buiten het jeugdwerk. Het jeugdwerk is misschien maar een tussenstop in een veel langere reis. 
  • Zwerver: Je bent toevallig in het jeugdwerk beland. Dit was nooit het plan op voorhand, maar je bent wel heel blij dat het toeval je hier gebracht heeft. 
We moeten ervoor zorgen dat er ontwikkelingskansen voor deze drie profielen zijn binnen het jeugdwerk. Het jeugdwerk moet zowel voor de pelgrims als voor de toeristen en de zwervers een interessante leer- en ontwikkelingsplek zijn.

We moeten er vooral voor zorgen dat het jeugdwerk voor lange tijd een aantrekkelijke bestemming blijft voor de toeristen. De deelnemers uit de verschillende landen signaleren dat er veel verloop is binnen de jeugdwerksector. In sommige landen blijven jeugdwerkers maar gemiddeld twee jaar plakken. Het kan interessant zijn om in Vlaanderen te onderzoeken hoe lang jeugdwerkers gemiddeld blijven en in welke sectoren ze nadien aan de slag gaan. 

Daarnaast moeten we de toeristen bewust maken van hun job als ‘Ambassadeur van het jeugdwerk’. Ze nemen hun jeugdwerk DNA namelijk mee naar andere sectoren. Op die manier zetten we een stap richting een wereld waarin iedereen, ook de leerkracht, de politieagent en de sociaal assistent een beetje meer jeugdwerker wordt.  

Om jeugdwerkers levenslang ontwikkelingsmogelijkheden aan te bieden, moeten we sterker samenwerken met hogescholen en universiteiten

De Finse onderzoeker Tomi Killakoski toonde een matrix met vier componenten. Hij vertelde dat het belangrijk is dat ieder land/iedere regio inzet op een vormingsaanbod binnen de vier componenten van de matrix. Als één van deze componenten ontbreekt, komen de levenslange ontwikkelingsmogelijkheden voor professionele jeugdwerkers onder druk te staan. 

Voor het Vlaamse jeugdwerk zou de matrix er als volgt kunnen uitzien:  

Door deze matrix werd mij nog meer duidelijk dat we een sterk en uitgebreid vormingsaanbod hebben voor jeugdwerkers in Vlaanderen, maar dat we ook sterker mogen inzetten op samenwerkingen tussen formele en non-formele educatie. We kunnen (nog) meer bruggen slaan naar hogescholen en universiteiten zodat formele en non-formele educatie mooi op elkaar aansluiten.  

Jeugdwerk is altijd 'waarde gedreven'

Professor Trudy Cooper benadrukte tijdens haar presentatie dat jeugdwerk altijd principieel is. Heel wat van die waarden zijn politiek geladen. Zo stelde ze ons de vraag hoe sociaaldemocratisch jeugdwerk eruit ziet. En hoe liberaal jeugdwerk eruitziet. Of conservatief jeugdwerk? 

Ze vindt het belangrijk dat er bij het opleiden van jeugdwerkers aandacht gaat naar politieke ideologieën en hoe deze de verschillende benaderingen van jeugdwerk hierdoor geïnspireerd worden.  

We zetten gelijkaardige stappen op Vlaams niveau en op Europees niveau richting meer erkenning voor jeugdwerk

Er werden drie Europese jeugdwerkconventies georganiseerd: 

  • Tijdens de eerste Europese jeugdwerkconventie in 2010 werd vooral de diversiteit in jeugdwerkvormen over alle Europese landen heen gevierd en benadrukt. 
  • Tijdens de tweede conventie in 2015 startte de zoektocht naar een definitie voor jeugdwerk. ‘Wat zijn onze gemeenschappelijke principes?’. 
  • Tijdens de derde conventie in 2020 werd de Europese jeugdwerkagenda gelanceerd. Deze agenda zou bijdragen aan meer erkenning voor jeugdwerk. 
In Vlaanderen zetten we gelijkaardige stappen:

  • Met het congres #Jeugdwerkwerkt in 2018 gingen we op zoek naar gemeenschappelijke taal. We kozen er bewust voor om geen definitie van jeugdwerk naar voren te schuiven en focusten ons op een gemeenschappelijke missie en DNA van de jeugdwerker. 
  • In 2023 organiseren we opnieuw het congres #Jeugdwerkwerkt. Deze keer bouwen we verder op onze gemeenschappelijke missie en op het DNA van de jeugdwerker en gaan we samen op zoek naar het jeugdwerkeffect. Het bewuster omgaan met en tonen van het positieve effect van jeugdwerk op kinderen en jongeren zal leiden tot meer erkenning en maatschappelijke waardering voor jeugdwerk. 
We moeten constant op zoek gaan naar linken tussen de stappen op deze twee verschillende niveaus zodat ze elkaar kunnen versterken.  

Heb je vragen of bedenkingen? Neem dan zeker contact op met jasmien.schutz@ambrassade.be  

Jasmien                    Schutz
Jasmien Schutz
  • Coördinator jeugdwerkondersteuning en breed jeugdbeleid