[anysurfer.logo]

Ambras Magazine: oude stelplaats De Lijn staat voor de Kracht van het Experiment

Ambras Magazine: oude stelplaats De Lijn staat voor de Kracht van het Experiment

Kracht van Experiment

Mijn thuis is waar mijn STELPLAATS staat

Je voelt er work in progress en de do-it-yourself-vibe, en dat is de bedoeling. STELPLAATS beweegt. Sinds maart 2018 zijn de oude gebouwen van De Lijn in Leuven een tijdelijke thuis voor jonge doeners en denkers. Hoe werkt dit experimentele initiatief?
Een grote groep geëngageerde Leuvense jongeren liet al een tijdje de luide schreeuw om meer ruimte horen. "Vooral betaalbare ruimte.” vult schepen Dirk Vansina aan, “En dat tekort belemmerde jongeren om initiatief te nemen, om hun creatieve ideeën uit te werken.” Met zijn steun onderhandelde mijnLeuven met De Lijn over de huur van hun oude loods. 

 Fuck it, soms 

Het opstarten van een open experimenteerruimte, bleek niet vanzelfsprekend. Vele ideeën stroomden binnen. Dat vroeg om keuzes. En om net niét te kiezen. Want open ruimte, flexibel in te vullen, die moest er blijven. Jongeren moeten zelf vorm kunnen geven. Ook heel letterlijk, want aan de bouw van het skateterrein en de repetitieruimtes werkten ze mee.

“Een oude loods omtoveren tot een multifunctionele plek voor jongeren, dat hadden we wel onderschat.” zegt Sabine Tonet, medewerker Jeugdruimte van mijnLeuven. “Veiligheidsnormen, afspraken met De Lijn … maar we moesten vooral opboksen tegen een hoop vooroordelen. Wat we nu precies wilden gaan doen en of zo’n open invulling wel zou werken. Na een tijd besloten we gewoon te starten. Fuck it. Als er nog gebreken zouden zijn, so be it. Het is zou sowieso een proces worden, voortdurend oplossingen zoeken. En daaruit leren.” Enkele maanden later blijkt dat lef succes op te leveren. 

Homies en roomies 

De chaotische mix van tijdelijke projecten en vaste bewoners straalt desalniettemin harmonie uit. Boucif van BCB, bijvoorbeeld, last er aan eigen fietsontwerpen. “Vroeger werkte ik thuis aan mijn fietsen, maar de garage werd nogal snel te klein om echt goed te kunnen werken. Hier heb ik meer plaats. Het leukste vind ik dat ik ook meer mensen kan betrekken in het herstellen en pimpen van fietsen.” Naast zijn werkplaats vind je dat van Saté, een gedeeld houtbewerkingsatelier met sociale inslag. Ook het overdekte skatepark van Vzweetje krijgt hier kansen om een community op te bouwen. In de oude kantoren rondom de open hal biedt VLOER 1 vanaf de zomer repetitieruimtes voor jonge muzikanten en kun je bij Scheefdruk leren zeefdrukken. 

Focus op niches 

STELPLAATS mikt vooral op jongeren in ‘niches’ van vrijetijdsbestedingen. Zij vinden moeilijk ruimte in het bestaande (culturele) landschap. “Korte steekvlammen worden minder snel gezien: ze missen een netwerk en de juiste ondersteuning, terwijl ze wel vaak nieuwe, innovatieve ideeën aanbrengen. We hebben elkaar dus nodig. Het is niet de bedoeling om deze ruimte ook te gaan ‘uitlenen’ aan gevestigde vormen van jeugdwerk, tenzij voor een experimenteel project. Zoals binnen onze samenwerking met ArtForum binnenkort. Maar we willen buiten de lijnen van wat al bestaat kleuren. Geen groepsleidingsbarbecue of zo. Daarvoor hebben jeugdverenigingen ons niet nodig.” 

Jongeren aan het roer 

mijnLeuven werkt voor STELPLAATS samen met Onkruid vzw, die met Horst festival naam maakt door kunst, ruimte en muziek samen te brengen in een uniek festival. Vanuit diezelfde creatieve inslag creëert ze nu het kader voor STELPLAATS. De stad faciliteert.

De invulling komt van jongeren zelf. Dat betekent ook dat ze zelf plannen maken, prioriteiten stellen, geld zoeken, … Elke twee weken is er een bewonersvergadering om te kijken hoe alle projecten lopen. Voor elk nieuw project wordt een samenwerkingsovereenkomst gemaakt. Op die manier stellen de jongeren hun eigen doelen, en kunnen de ondersteuners vanop een afstand opvolgen. 

Meer plaats, meer partners 

Een aantal jongeren kijkt al een stap verder. Ze dromen hardop van een vzw-structuur voor STELPLAATS om nog meer ruimtes voor jongeren open te stellen, bijvoorbeeld door partners, zoals KULeuven of STUK te overtuigen om ruimte open te stellen voor jongeren en hun ideeën. “Door dit te ondersteunen, willen we met mijnLeuven ook tonen dat ruimte geven werkt. Nu moeten we hen nog laten ‘samenhokken’ op een eiland, maar de stad herbergt zo veel ruimte.”  

Ann-Sophie is student aan Sint-Lukas en houdt een tijdelijke expo in STELPLAATS. Dit was helemaal wat ze zocht: een ruimte buiten de school, met de vrijheid om die zelf vorm te geven. Ze voelde zich snel begrepen door de jeugdwerkers. 

“We zijn op verschillende plekken geweest en we voelden ons zelden welkom. Mensen leken nogal gesloten of legden veel voorwaarden op. Vaak kregen we te horen dat we te jong zijn, of te weinig kwaliteit konden garanderen in ons werk. De meeste jeugdbewegingen bijvoorbeeld vinden, door hun goede banden met de gemeente, makkelijk een ruimte voor hun initiatieven. Terwijl ons dat als jong kunstencollectief niet zo goed lukt. Hier liep het contact echt supervlot en konden we snel praten over wat kan en niet kan.”

De jeugdwerker van een experimenteerplek … 

  • Is aanspreekbaar. “De jeugdwerkers hebben hier veel contact met de bezoekers en bewoners. Jongeren moeten hun idee kunnen lossen bij hen.” 
  • Heeft voelsprieten. “Wie zijn wij om te zeggen wat hedendaagse tendensen zijn in kunst, skateboarden of whatever? Jongeren zijn daarin zelf expert. Wij ondersteunen in het uitbouwen van hun ideeën, maar die aanleveren dat kunnen ze heus zelf wel.”  
  • Kan talent coachen. “Af en toe moet je mensen op hun bek laten gaan. Je stuurt bij waar je kan, we begeleiden en helpen, maar we nemen het nooit over. Hun project is hun verantwoordelijkheid.” 
  • Is flexibel en geduldig. “Soms ben je een helpende hand, en soms moet je wat strenger optreden om een béétje orde in de chaos te bewaken. Ze moeten hun rol zeer flexibel kunnen invullen. En kunnen loslaten, vol vertrouwen. Zij zorgen voor een heldere, minimale structuur. De chaos daarbinnen is van de jongeren zelf.”
  • Wordt enthousiast voor grote uitdagingen die bijna onmogelijk lijken. “Ik luister, vraag door en probeer me in te leven. Dan slaap ik er een nachtje over en reageer dan pas. Dat gaat iets trager, maar beter dan een te snelle reactie die spanning geeft.”
  • Heeft een netwerk. “Als stadsdienst zitten we in een goede positie om de communicatie tussen verschillende stadsdiensten en partners makkelijker te maken. Of om een buffer te vormen voor de jongeren. Ook de stadsdiensten moeten geduld opbrengen voor de projecten die jongeren hier ontwikkelen, en wij verbergen soms de wederzijdse frustratie.”