Je verzint per groepje dat je wil vormen 1 familie. Per 'familielid' maak je 1 kaartje. Als je groepjs van 4 personen wil vormen, maak je dus 4 kaartjes per groepje.
Grootouder Peeters, Ouder/voogd Peeters, Partner Peeters en Kind Peeters vormen 1 groep.
Grootouder Jansen en dergelijke zijn de tweede groep. Enzovoort.
Per familie staat er 1 stoel klaar.
Eerst worden alle Grootouders geroepen. Zij zitten op de stoelen. Daarna alle Ouders/voogden. Zij zitten op de schoot van de Grootouders. De partners zitten daarna op de schoot van de ouders/voogden. Als laatste zit het kind op de schoot van de partner.
Dit kan ook met andere 'groepen' van voorwerpen of mensen.
Bron: KSJ-KSA-VKSJ, Vorming, Methodieken Groepsindeling.